• Wissel af in lengte. Voorkom dat een verhaal/blog/column/boek een aaneenschakeling wordt van korte zinnen, dat leest hakkelend. Een overdaad aan lange zinnen is vermoeiend lezen; dat houdt de aandacht niet of nauwelijks vast.
• Vermijd zo veel mogelijk spreektaal. Spreektaal komt amateuristisch en populistisch over. Pas het zonodig alleen toe in dialogen, dus wanneer personages iets zeggen.
• Bij een column of artikel: kom ergens op terug. Eindig je verhaal met een item waarmee je begon, of met iets wat halverwege al duidelijk naar voren is gekomen.
• Pas de regels van de interpunctie toe, maar vermijd te veel leestekens. Een overdaad aan leestekens komt rommelig over.
• Plaats niet achter elke zin ‘puntjepuntjepuntje’. In de meeste gevallen volstaat één punt. Dat geldt eveneens voor het uitroepteken. Een reeks uitroeptekens komt schreeuwerig over. Eén is meer dan voldoende en plaats ook deze niet achter elke zin.
• Beschrijf dingen, maak het amusant en speels. Je kunt schrijven: Degene voor me rijdt langzaam. Maar het komt vermakelijker over als je schrijft: Degene voor me rijdt alsof de porseleinen erfenis van overovergrootoma in de kofferbak ligt. Of: Degene voor me rijdt alsof hij een ontbijt verorberd heeft bestaande uit slakkensalade overgoten met schildpaddensaus.
• Schrijven is schrappen. Lees je verhaal na en haal overbodige informatie weg, anders wordt het al snel te langdradig. Zorg ervoor dat elke zin boeiend is om te lezen. Probeer in één zin zo veel mogelijk te zeggen.
• Publiceer je tekst niet meteen wanneer het af is. Lees het na een tijdje nog eens, dan bekijk je het met een frisse blik en zie je opeens fouten die je aanvankelijk over het hoofd had gezien.
• Wees ook weer niet te beknopt. Werk scènes en delen uit, zodat het niet afgeraffeld overkomt.
• Kom met een clou, een boodschap. Veel vertellen maar niets zeggen, is onaangenaam om te lezen.
• Vermijd herhaaldelijk woordgebruik dan wel ‘stopwoorden’. Maak eventueel gebruik van synoniemen.
• Schrijf over actuele zaken. Wat is er in het nieuws? Kies een thema waar iedereen over praat, maar waar haast niemand over schrijft.
• Behoud je persoonlijke stijl. Iedere auteur heeft een eigen, unieke schrijfstijl. Probeer jezelf te onderscheiden van anderen. Belicht uitgeknepen onderwerpen eens vanuit een andere invalshoek.
• En dan de laatste, meest belangrijke tip: pas al het bovenstaande toe, maar maak gerust (spel- en taal)fouten. Anders heb ik geen werk!